De lente is begonnen en voor de meeste winkels
betekent dit een vloer vol nieuwe collecties. Zwierige zomerrokjes, gebloemde
zwembroeken, mouwloze tuniekjes… noem het maar op. Hoewel het buiten sneeuwt
–ja heus, sneeuw in de lente! – lijkt menigeen het niet te deren om nú de
kledingkast van zomerse items te voorzien. En ik moet toegeven, ook ik kan de
verleiding niet weerstaan en binnen no time houd ik negen items vast. Op naar
het pashokje dan maar!
Maar of dat nou zo’n goed idee is? Daar kom ik
naderhand weer achter. Enfin, ligt het aan mij of zijn die hokjes altijd zo
gruwelijk klein? Aan de welgeteld drie haakjes hang ik alle kledingstukken. Mijn
jas en tas leg ik voorzichtig in de hoek van de ruimte. Voor zover je van
ruimte kunt spreken. In de andere hoek staat een krukje. Geen idee waar het
voor dient, maar misschien vinden sommigen het fijn om de kleding direct
zittend te bekijken? Of wellicht is voor anderen passen zo vermoeiend dat ze na
ieder item even op het krukje uithijgen. Misschien wil ik het niet eens weten.
Wat ik wel weet is dat het pashokje er in ieder geval niet ruimer op wordt en
een claustrofobisch gevoel me overmeesterd. Ik kan mijn kont er niet keren,
maar dat kan natuurlijk ook aan mijn kont liggen.
Wat ik mij tijdens het passen afvraag, is hoe
vaak het betreffende hokje eigenlijk wordt schoongemaakt. Op de grond zwerven
een paar dikke vlokken stof die ik liever niet met mijn mogelijk nieuwe kleding
in aanraking laat komen, laat staan met mijn eigen lichaam. Is het er werkelijk
zo krap dat zelfs een stofzuiger niet in het hokje past? Er moet toch een reden
zijn voor het formaat van pashokjes. Wellicht is het een list zodat je snakkend
naar adem het kleine kamertje uitspringt en er een verkoper klaar staat om je
van oneerlijk maar oh zo positief commentaar te voorzien. Vreselijk, want
commentaar is wel het laatste waar je op zit te wachten met een broek die maar
net sluit. Maar snakken naar adem is vaak – helaas – wel noodzakelijk, want de
muffe geur die in sommige hokken hangt, maakt het paskamerbezoek nog vervelender.
Het moge dan ook duidelijk zijn dat het bezoek aan de
paskamer het beste zo kort mogelijk duurt. Jammer dat de winkels ons vaak te
slim af zijn en we met verbazing gerust een half uur in de spiegel ons zelf
staan aan te staren. Als het al niet naar de kleding is, dan wel gedetailleerd
naar het eigen gezicht. Het felle tl-licht laat mij ineens duidelijk zien dat
ik mijn wenkbrauwen weer nodig moet epileren. Vooruit, snel dat hokje uit en
alles terug in het rek hangen. Drie kwartier besteed in een benauwend pashokje
en uiteraard paste geen enkel kledingstuk.
NOTE: deze column is drie weken terug geschreven. Thank the lord dat het nu niet meer sneeuwt!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten